Dat de weergoden peperkoek lusten daar ben ik voor meer dan honderd procent van overtuigd.
Kwart voor zeven en nul tot min één graad Celsius, geen wind en een net en droog wegdek. Ik vertrek richting Zele voor onze laatste peperkoeken verkoop.
De vertrouwde marktkramers kijken even met gefronste wenkbrauwen als wij tussen hen in ons kraampje opstellen. Maar na een eerste kwinkslag, en terwijl wij ons tentoonstellingsmateriaal ophangen, is het ijs tussen ons en de profs vlug gebroken.
Wij zijn er klaar voor, ik voel het in mijnen dikke teen, of is dat van de kou dat die jeukt?
Al vlug blijkt dat Guido een bekend iemand is in Zele. De wederzijdse begroetingen van jonge en iets oudere, vooral vrouwelijke, marktbezoekers stoppen niet. Ook de verkoop komt al vlug op gang en om 11u12 verdwijnt onze laatste peperkoek in een grote geruite boodschappentas. Wij stellen nu onze beren op een meer strategische wijze op en slagen er nog in om enkele van deze toch wel lief uitziende knuffels aan sympathiserende oma’s te verkopen.
11u47, de eerste fijne regendruppels vallen zachtjes op ons tentzijl en als wij om even na twaalf uur als twee voldane pubers het marktplein afrijden, hebben de ruitenwissers het al behoorlijk moeilijk om de regen van de voorruit weg te vegen.
Bedankt Zele,
woensdag 30 december 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten